Genealogie Voswinkel, De Kruijff en aanverwante families
Genealogie Voswinkel, De Kruijff en aanverwante families
Jacob Albert Prouning van Deventer |
| Geboren | omstreeks 1610 |
| Overleden | |
| Functie |
stadhouder van Erp en Veghel schout van Schijndel, Erp en Veghel |
| Vader | Jacob Prouning van DeventerJacob Prouning van Deventer  ~ 05-01-1577 's-Hertogenbosch, NB (Sint-Jan) ∞ Anna van Geijsteren, ± 1600 ∞ Christina Bacx van Wijtfliet, ± 1605, 3 kinderen |
| Moeder | Christina Bacx van WijtflietChristina Bacx van Wijtfliet  * ± 1580 ∞ Jacob Prouning van Deventer, ± 1605, 3 kinderen |
| Partner | Adriana van HonselaerAdriana van Honselaer * ± 1610 ∞ Lambrecht Millinck van Gerwen, 3 kinderen ∞ Jacob Albert Prouning van Deventer, 26-01-1646 Heusden, NB, 1 kind |
| Huwelijk | |
| Ondertrouw | 26-01-1646 Heusden, NB  Scan |
| Kinderen | |
|
Datering: 09-09-1652 Pagina: 100v Soort akte: Verklaring Plaats: Veghel Toegangsnummer: 7701 Inventarisnummer: 1 Bron: Notarissen Jan Hanrickx Dirckx, 27 jaar, wonende te Veghel door de ondervorster gedaagd om namens jonker Jacop Albert Prouninck, stadhouder van Erp en Veghel een verklaring af te leggen. Dat Jan Jan Wouterssen den Oude, na een woordenwisseling, hem met een stuk hout diverse keer op zijn arm en hand heeft geslagen en genoodzaakt was om hem het stuk hout met geweld af te nemen. Dit gebeurde op 4 september jongstleden. Bron |
|
|
Datering: 25-06-1657 Pagina: 30r Soort akte: Machtiging Plaats: Sint-Michielsgestel Toegangsnummer: 5121 Inventarisnummer: 49 Bron: Schepenbanken Wij Rutger Corstiaen Spierincks en Jan Wouter Hoefnagels, schepenen, verklaren dat voor ons is verschenen jonker Jacob Prouninck van Deventer, schout van Schijndel, Erp en Veghel, als man van joffrouw Adriana van Honselaer en verder hier joffrouw Maria van Honselaer als weduwe van jonker Dirck Millincq van Gerwen en machtigen hierbij señor Johan van de Beecke procureur voor de Raad van Brabant in Den Haag, om namens hen het proces voort te zetten tegen jonker Adolf van Honselaer, zijnde hun broer. De gemachtigde moet daarbij alles in doen wat in de zaak nodig is en ze beloven alles na te komen wat de gemachtigde zal doen. Datum 25 juni 1657. Bron |
|