16-01-1620
Op huyden des sesthienden Januarij naer de olde style des jaers sesthienhondert ende twintich comparerden voor mij Claes Verduyn, openbare notaris, d' eersame Johan, Willem ende Goossen Ghijsbertsz. van Nyendaell, gebroeders, alle borgeren t' Utrecht, als transport hebbende van Catharina van Leemputh, wed. van za. Ghijsbert van Nyendaell, haerluyder moeder, ende hebben overgegeven ten behouve van den eersamen Aernt van Rhenen, secretaris van den Ed. Gerechte deser stad sekere sess lijffrenthebrieven, alse de vier aengecoft by Catharina Voornen, wede van za. yan van Leemputh, gewesene moeder van de voornoemde Catharina van Leemputh, ende waervan d' selve 't recht by successie vercregen heeft; de vyfde aengecoft bij za. Ghijsbert van Nyendaell, ende den sestden aengecoft bij denselven Ghijsbert van Nyendaell. Die brieven hadden gestaan: één ten lijve van Heylwich, één ten lijve van Henrick, één ten lijve van Jacob, één ten lijve van Maria, alle kinderen van Ghysbert van Nyendaell en Catharina van Leemputh; de vijfde en de zesde ten lijve van hun zoon Laurens en beide in Dec. 1617 "verlyft" op Abraham van Nyendal.
Bron
|